Het aangrenzende Molsbroek werd de inspiratie voor de architectuur van Urbain. De landschappelijke kenmerken van het Molsbroek, zoals de typerende knotwilgen en beekstructuren, worden meermaals in het ontwerp verwerkt en vormen een natuurlijke grens tussen de verschillende woonzones. Het centrale woonerf is een semipublieke ruimte, waar iedere bewoner toegang tot heeft. Om hier een ontspannen en behaaglijke sfeer te scheppen, wordt het afgewerkt met groene zones en verschillende zitelementen. De privacy wordt steeds bewaard door strategisch geplaatst groen en glooiende bermen. Om het natuurlijke karakter van de site te bewaren, wordt er een lichtgekleurde baksteen gebruikt, gecombineerd met pastelgroen schrijnwerk. Op deze manier creëren we één samenhangend geheel, zonder het monotoon of alledaags te laten overkomen. Voor een speelse noot worden ook penanten, houten luifels en wintertuinen toegevoegd aan de gebouwen. Het verschil in hoogtes veroorzaakt een dynamisch effect. Alle wooneenheden worden ten slotte afgewerkt met een strak, plat dak.